Artikel
3.5
Extra middelen aanpak werkdruk
Door het in april 2022 afgesloten Onderwijsakkoord Samen voor het beste onderwijs zijn extra middelen beschikbaar gekomen voor de aanpak van werkdruk in het voortgezet onderwijs. Aan de sector voortgezet onderwijs wordt vanaf schooljaar 2022/2023 jaarlijks € 300 miljoen uitgekeerd 7wetten.nl - Regeling - Regeling aanvullende bekostiging strategisch personeelsbeleid, begeleiding en verzuim vo - BWBR0045041 (overheid.nl) en Staatscourant 2022, 24820 | Overheid.nl > Officiële bekendmakingen (officielebekendmakingen.nl). In navolging van de sector voortgezet onderwijs is hierbij het uitgangspunt dat minimaal 50% wordt besteed aan een individueel keuzebudget. Het bedrag dat resteert nadat het individueel keuzebudget is toegekend wordt besteed aan een collectieve aanpak van werkdruk op vo-scholen en het vo-deel van locaties waar zowel vo als mbo onderwijs wordt verzorgd. De werknemers zijn hierbij gezamenlijk aan zet en gaan met elkaar in overleg over het nemen van maatregelen om de werkdruk te verminderen. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan extra ondersteuning in de klas, ten behoeve van leerlingenbegeleiding of om de lasten van bepaalde taken te verminderen (zoals mentoraat of surveillance). Op de Vo-school wordt samen met de werknemers bepaald wat goede maatregelen zijn om de werkdruk te verminderen zodat werknemers daar zoveel mogelijk in staat gesteld worden om te doen wat ze het beste doen; het verzorgen van goed onderwijs. Van belang is in ieder geval steeds dat gekeken wordt naar de school-specifieke situatie.
Eventuele wijzigingen in de sector voortgezet onderwijs aangaande de toekenning en/of besteding van de middelen zullen worden vertaald naar de mbo-context.
Definitiebepaling
- De volgende regeling geldt voor werknemers die werkzaam zijn op een school bekostigd uit de WVO en werkzaam voor vo-leerlingen.
- Vo-school: een school bekostigd uit de WVO.
- Op werknemers werkzaam bij een stafbureau is de volgende regeling niet van toepassing.
- Het College van Bestuur kan besluiten om het individueel keuzebudget eveneens toe te kennen aan werknemers op wie lid 1 niet van toepassing is.
Individueel keuzebudget
- De werknemer krijgt jaarlijks de beschikking over een basisbudget van 40 klokuren. Hiermee kunnen keuzes worden gemaakt die passen binnen de levensfase, de persoonlijke situatie en de werkdruk verminderen of de duurzame inzetbaarheid vergroten.
- a. Het bepaalde in lid 5 is ook van toepassing op een werknemer met een arbeidsovereenkomst wegens vervanging van een zieke werknemer gedurende de eerste 12 maanden van de arbeidsovereenkomst. De bestedingsmogelijkheden als beschreven in de artikelen betreffende de keuzemogelijkheden worden echter uitgesloten. De besteding van deze uren zal in de vorm van een verhoging van het uurloon met de factor 1,024 worden gerealiseerd.
b. Van het bepaalde in lid 5 zijn startende docenten uitgesloten.
Keuzemogelijkheden
Invulling keuzemogelijkheden schooljaar 2023/2024 voor docenten
- De docent heeft het recht om het basisbudget naar eigen inzicht te gebruiken voor aanpassing van de werkzaamheden, door vermindering van de lestaak dan wel vermindering van de overige taken. Inzet van het basisbudget leidt niet tot een vermindering van de jaartaak; de docent legt hierover verantwoording af.
- Indien de docent met een normbetrekking kiest voor vermindering van de lestaak, heeft hij door inzet van 40 uren uit het basisbudget bij een door de school gehanteerde lesduur van 50 minuten het recht om zijn lestaak met 1 lesuur per week te verminderen, dan wel een equivalent daarvan.
- In afwijking van het bepaalde in lid 7 kunnen werknemer en werkgever ook andersluidende afspraken maken.
- Werknemers op wie lid 7 niet van toepassing is hebben eveneens het recht om het keuzebudget jaarlijks in te zetten voor werkdrukverlichting. Over de specifieke inzet van het keuzebudget maken werknemer en werkgever samen afspraken. De uren kunnen ook (deels) worden ingezet voor professionalisering conform de systematiek van artikel 9.3 lid 4.
- Wanneer een werknemer in een schooljaar wegens organisatorische redenen niet in staat kan worden gesteld om het budget van 40 uur (deels of geheel) in te zetten of omdat de individuele inzet tot negatieve werkdrukeffecten bij collega’s leidt, wordt in overleg met de leidinggevende afgesproken op welke andere wijze het budget dan ingezet kan worden.
Collectieve werkdrukmiddelen
Besteding
- Het bedrag dat resteert nadat het individuele keuzebudget is toegekend wordt besteed aan een collectieve aanpak van werkdruk op vo-scholen en het vo-deel van locaties waar zowel vo als mbo onderwijs wordt verzorgd.
- De besteding van de beschikbare middelen vindt langs de volgende route plaats:
- Het College van Bestuur draagt er zorg voor dat de middelen volledig op de vo-scholen terecht komen op basis van leerlingenaantallen.
- De besteding van de middelen vindt op schoolniveau plaats, waarbij de werknemers het initiatief hebben bij het maken van de bestedingsplannen.
- Vooraf wordt met de ondernemingsraad de wijze vastgesteld waarop en in welke werknemersgremia (organisatorische eenheid) binnen de school het gesprek over de besteding van de middelen wordt gevoerd. Daarnaast wordt met de ondernemingsraad vastgesteld hoe de middelen over de werknemersgremia worden verdeeld en welke financiële en organisatorische kaders hierbij worden meegegeven. Bij het vaststellen van de kaders is de organiseerbaarheid binnen de school een van de voorwaarden waaraan moet worden voldaan. Het streven is om de keuze- en bestedingsmogelijkheden zo min mogelijk te beperken.
- De ondernemingsraad vergewist zich ervan dat ten aanzien van de in het vorige punt benoemde afspraken een meerderheidssteun bestaat bij de werknemers.
- De afspraken worden door het College van Bestuur kenbaar gemaakt in een collectief startmoment aan de werknemers waarop de afspraken van toepassing zijn.
- Aan de organisatorische eenheid wordt bekend gemaakt welk bedrag beschikbaar is voor de collectieve inzet van de werkdrukmiddelen en binnen welke kaders deze middelen kunnen worden ingezet.
- De organisatorische eenheid bepaalt vooraf op welke wijze de besluitvorming over de plannen binnen de eenheid plaatsvindt en handelt daarnaar.
- Vervolgens maken de organisatorische eenheden plannen voor de besteding van de toebedeelde werkdrukmiddelen.
- De bestedingsplannen worden samengevoegd tot een concept onderdeel van het werkdrukplan als bedoeld in artikel 13.4 lid 2 sub l en wordt kenbaar gemaakt aan het voltallig personeel waarop deze afspraak van toepassing is.
- Het onderdeel werkdrukplan dat is opgesteld op basis van dit artikel wordt bekrachtigd met instemming van de ondernemingsraad. Tevens wordt afgesproken wanneer en op welke wijze de evaluatie van dit onderdeel van het werkdrukplan zal plaatsvinden. De werkgever spant zich actief in om werknemers inzicht te geven over de besteding van de middelen.
Verantwoording
- Ten aanzien van de besteding van middelen wordt over de volgende onderwerpen verantwoording afgelegd in het sociaal jaarverslag:
- Het totale te besteden bedrag per vo-school en verdeeld over de vo-scholen die onderdeel zijn van de werkgever die ook vo-scholen in stand houdt.
- Op welke wijze en met betrokkenheid van wie de besteding tot stand is gekomen.
- Aan welke doelen de middelen zijn besteed en met welk effect.
- De wijze waarop de evaluatie gaat plaatsvinden of heeft plaatsgevonden, inclusief de uitkomst daarvan.